REISVERSLAG NOORD-KOREA (DPRK: DEMOCRATIC PEOPLE’S REPUBLIC OF KOREA)

30 maart t/m 12 april 2004

INTRODUCTIE

Hieronder volgt het verslag van onze reis naar Noord-Korea. Dit verslag is bedoeld voor familie, vrienden en iedereen die geïnteresseerd is of van plan is Noord-Korea te bezoeken. Tevens is het voor ons een herinnering aan een interessante, mooie, onvergetelijke, leerzame en ook geestelijk en lichamelijk vermoeiende reis. Onze dank gaat uit naar onze gidsen Pak Jang Sik en Pak Kwang Ung, onze chauffeur Mr. Kang en Alejandro van de Korean Friendship Association. We zullen proberen onze ervaringen zo feitelijk mogelijk weer te geven zonder oordeel te geven over de politiek, het regime of personen, hoewel het soms onvermijdelijk is dat we onze gevoelens verwoorden.

Onze interesse voor dit land kwam hoofdzakelijk voort uit de onbekendheid en de geheimzinnigheid waarin de DPRK zich hult. Vooral de (veelal negatieve) berichten in de westerse media en de spaarzame beelden op televisie maakten ons nieuwsgierig en waren de aanleiding dat we dit meest afgesloten land ter wereld met eigen ogen wilden zien. Niet uit sensatiezucht, maar in de hoop de andere kant van het verhaal te horen en een genuanceerder beeld te krijgen van Noord-Korea.

Na 1989, toen het communisme bijna overal z’n beste tijd had gehad, raakte het land in politiek, economisch en militair opzicht geïsoleerd, omdat het zijn voormalige bondgenoten was kwijtgeraakt. Al die jaren heeft het zich staande weten te houden in een vijandige wereld met alle interne en externe gevolgen van dien. Het laatst overgebleven “socialistische paradijs” wordt met alle mogelijke middelen verdedigd. Daarnaast worden de leiders als goden vereerd, hetgeen soms tot, althans in onze ogen, buitenissige en bizarre situaties leidt. Eerst was er Kim-il-Sung (de Eeuwige Leider) en na zijn dood (1994) zijn zoon, Kim-Jong-il, de Geliefde Leider. Het land, maar vooral het regime, doet er alles aan om zich staande te houden door zich bijna compleet te isoleren van de buitenwereld. Dit alles maakt het land zo interessant dat we het van dichtbij wilden zien en meemaken.

Op deze site zijn al een groot aantal foto’s te zien van onze reis. Op Jos z’n online fotoalbum staan er nog meer: http://members.chello.nl/jemmer/index.html

PRAKTISCHE ZAKEN

We dachten aanvankelijk dat het moeilijk zou zijn om toegang te krijgen tot Noord-Korea, omdat het te duur of onmogelijk zou zijn om een visum te krijgen. Maar een collega van Jos (Boris: www.traveladventures.org ) vertelde dat hij er een paar jaar geleden was geweest, dus wisten we dat we een poging konden wagen.

Het liefst gingen we individueel, dus niet in een groepsreis. Na wat zoeken op internet kwamen we op de “officiële site van de DPRK” ( www.korea-dpr.com ). Deze site is gemaakt door de Korean Friendship Association (KFA), die zijn basis heeft in Spanje. Deze organisatie heeft rechtstreekse contacten met het Committee For Cultural Relations With Foreign Countries in Pyongyang en bemiddelde destijds o.a. bij het aanvragen van een visum en het samenstellen van een programma. Je kon via hen individuele reizen regelen tegen een redelijke prijs. Helaas hebben we onlangs vernomen dat het deze taak niet meer verricht. De KFA informeerde ons dat het nog wél mogelijk is via:

Korea International Travel Co. (KITC)
Ms. Li Un Hui
DPRK Embassy in Beijing, China
Ritan Nort Rd. Chaoyang District
Beijing. 100600--
Tel and fax: +86-10-85750212
mobile: +86 13901161201
E-mail:

Dit is het staatsverkeersbureau. We zijn echter niet op de hoogte van de boekingsprocedure en de kosten via het KITC. In Peking hebben we Mrs. Li Un Hui ontmoet (zie dag 2, 31 maart 2004) en hebben een zeer betrouwbare en behulpzame indruk van haar.

Overigens betekent ‘individueel’ niet dat je alleen mag reizen, want je wordt altijd door twee staatsgidsen begeleid. Het enige waar we aan twijfelden, was de betrouwbaarheid van de KFA, maar via een forum (Thorn Tree) op de site van Lonely Planet ( www.lonelyplanet.com ) kwamen we in contact met twee mensen die ook via de KFA hadden geboekt en tevreden waren. Op deze site kun je ook andere ervaringen met reizen naar Noord-Korea uitwisselen.

Het contact met de KFA verliep vriendelijk, snel en efficiënt. De aanvraag voor het visum ging geheel via internet. We konden ook aangeven of we nog dingen wilden bezoeken die niet in het standaardprogramma zaten. Indien mogelijk zouden die dan worden ingepast. Als de aanvraag werd goedgekeurd, zou het visum enkele dagen voor vertrek naar de DPRK klaarliggen op de Noord-Koreaanse ambassade in Peking.

Binnen drie weken na de aanvraag kregen wij al bericht van de KFA dat de aanvraag was goedgekeurd. De kosten bedroegen ongeveer €30 voor het visum, €350 voor het ticket Peking-Pyongyang vv (beiden te betalen in Peking) en per verblijfsdag in Noord-Korea betaalden we ten tijde van ons verblijf tussen €130 en €150, afhankelijk van de hotelklasse. Dit laatste bedrag omvatte de hotelovernachtingen, drie maaltijden per dag, alle vervoerskosten en de begeleiding.

Zaken die je zelf nog moet regelen zijn de vlucht naar Peking vv., een double-entry visum voor China en verblijf in China. Voor hotels in China kunnen wij www.sinohotel.com aanbevelen.

Voorafgaand aan onze reis hebben we heel wat boeken, artikelen en reisverslagen op internet gelezen. Als sponzen absorbeerden we zo veel mogelijk informatie uit verschillende bronnen. Het interessantst zijn de reisverslagen van andere Noord-Koreagangers. En dat zijn er meer dan je denkt. Een van de beste en meest neutrale is de site van Arne Eilers ( www.geocities.com/dprk02/index.htm ).

In 2003 is er een reisgids uitgekomen voor Noord-Korea, voor zover wij weten de enige die alleen over Noord-Korea gaat: Bradt Travel Guide, North-Korea, door Robert Willoughby (ISBN 1 84162 074 2). Hoewel we niet zeker wisten of we deze gids mee het land in konden nemen, bleek het geen probleem. Onze begeleiders hebben ‘m zelfs geen blik waardig gegund.

Verder is het nuttig kennis te nemen van de geschiedenis van Korea en het ontstaan van de huidige politieke situatie, want daar draait alles om. Een goede voorbereiding is absoluut onontbeerlijk voor een land als Noord-Korea. Zo weet je wat je te wachten staat en kun je meer begrip opbrengen voor de mogelijkheden en onmogelijkheden. Houd er rekening mee dat zowel Noord-Korea als Zuid-Korea (en bondgenoten) zich in meer of mindere mate bedienen van propaganda en het geven van misleidende informatie. Officieel zijn beide landen nog steeds met elkaar in oorlog. De waarheid ligt ergens in het midden.

Tijdens ons verblijf zijn we ons er voortdurend van bewust geweest dat onze gidsen het officiële, door de staat goedgekeurde verhaal vertellen. Of ze daar oprecht in geloven kunnen we ons alleen maar afvragen. Om hen niet in verlegenheid of gevaar te brengen hebben we dit nooit ter discussie gesteld. Wél hebben we af en toe interessante gesprekken gehad over politiek en economie waarbij we eerlijk onze mening konden geven.

Verder komt het erop aan om tussen de regels door te lezen en naar rechts te kijken als de gids zegt naar links te kijken.

HET VERHAAL

Dinsdag 30 maart 2004 Amsterdam-Peking

Vertrek naar Peking met vlucht KL897. Sija (de vrouw van Peter) en Chris (de vriend van Jos) brengen ons weg naar Schiphol. Even ziet het er naar uit dat we het vertrek moeten uitstellen als de bus van de parkeerplaats naar het vliegveld een noodstop moet maken, waarbij Chris een hoofdwond oploopt en behandeld moet worden bij de Medische Dienst. Gelukkig valt het allemaal mee en kunnen Peter en ik gewoon vertrekken. Hoewel we op een staff-ticket reizen en we bij overboeking misschien op een crewseat moeten zitten, krijgen we meteen instapkaarten mét stoelnummers! De reis kan beginnen…..

Woensdag 31 maart 2004 Peking

Aankomst in Peking om ongeveer 9.00 uur. Binnen een paar minuten zijn we door de immigratie en de douane. Met een taxi gaan we naar het Da Wan Hotel. Onderweg zien we mensen die tai-chi aan het beoefenen zijn in parken en plantsoenen. Het hotel ligt in een zijstraat van een drukke weg vlakbij Wangfujiang Shopping Area. Voor de prijs die we betalen, is het een goed hotel. Omdat we aan boord goed hebben geslapen, besluiten we om na een douche meteen naar de ambassade van de DPRK te gaan om ons visum en ticket op te halen die hier klaar liggen.

De ambassade is erg groot, bestaat uit verschillende gebouwen en is geheel ommuurd. Net als andere ambassades wordt hij bewaakt door Chinese militairen. Dichtbij de hoofdingang staat een soort reclamezuil met foto’s van Noord-Korea en natuurlijk van de leiders: vader en zoon Kim. Wij moeten aan de zijkant zijn bij de consulaire afdeling. Voor het eerst betreden we hier Noord-Koreaans grondgebied. Direct bij binnenkomst loop je tegen een muurschildering van Kim Il Sung bij de heilige berg Mount Paektu aan.

We vertellen dat we ons visum komen ophalen, maar ze kunnen onze gegevens niet vinden. Ze vragen ons om 14.30 terug te komen, want dan is er iemand die er wellicht meer van weet. In de tussentijd gaan Peter en ik in de buurt koffie drinken en daarna lunchen bij een klein lokaal Chinees restaurantje. Erg lekker voor maar 26 yuan samen (€2,50!). Vervolgens gaan we nog even met de taxi naar Xiushui Market (Silk Alley). Alleen nog maar gekeken, niets gekocht.

Er wordt ontzettend veel gebouwd in Peking. Het gaat niet alleen goed met de economie,

ook voor de Olympische Spelen in 2008 moet de stad een goede indruk maken. Dat dit ten koste gaat van de oosterse identiteit is wel duidelijk. Overal zijn enorme gebouwen in aanbouw. Gigantische kolossen van kantoren, hotels en appartementencomplexen worden uit de grond gestampt en er wordt 24 uur per dag aan gewerkt. Overal waar je kijkt zijn bouwputten en hijskranen te zien. De bouwvakkers wonen soms zelfs op de bouwplaats in tenten. De hutongs (de typisch Chinese volksbuurten) worden met de grond gelijk gemaakt. McDonalds, Starbucks en KFC zie je (helaas) zowat in iedere straat en. Het is triest om te zien, hoewel we moeten toegeven dat we menig keer van Starbucks gebruik hebben gemaakt voor ontbijt en koffie.

Het is inmiddels tijd geworden om ons weer bij de ambassade van Noord-Korea te melden. De deur is nog dicht op de afgesproken tijd, maar er staat buiten nog een vrouw te wachten die van de KITC (Korean International Travel Company) blijkt te zijn. Zij kan ons echter ook niet vinden in haar papieren en heeft ook nog nooit van de KFA of van Alejandro (de voorzitter) gehoord. Erg vreemd allemaal. Als om 15.00 eindelijk de deur opengaat, moeten we wachten tot er iemand uit een vergadering komt. Diegene komt niet opdagen, maar mevrouw Li Un Hui (de dame van de KITC) belt voor ons met Pyongyang, maar ook daar is niets bekend. We laten haar de e-mails lezen van Alejandro, maar het zegt haar allemaal niets. Ze blijft vriendelijk en is oprecht bezorgd. In een laatste poging mogen we zelfs op haar mobiele telefoon bellen met Alejandro in Barcelona, die helaas niet opneemt. We besluiten om naar het hotel terug te gaan en vanuit het hotel opnieuw te proberen hem te bereiken. Het is wel verontrustend, maar het contact met de KFA was altijd goed en betrouwbaar en we twijfelen er niet aan dat het goed zal komen.

Vanuit het hotel krijgen we hem aan de telefoon en hij reageert verbaasd op ons verhaal. Hij belooft direct actie te ondernemen door met de ambassade in Rome te gaan bellen en met zijn contactpersoon in Pyongyang. In afwachting van zijn antwoord gebruiken we de tijd om te rusten op onze kamers. Na ruim een uur belt hij terug: zijn contactpersoon in Pyongyang heeft hij i.v.m. het tijdsverschil niet aan de telefoon kunnen krijgen, maar hij heeft een bericht voor hem achtergelaten. Hij benadrukt ons nergens zorgen om te maken en dat het zeker goed komt. Zijn advies is om de volgende ochtend terug te gaan naar de ambassade. Als er dan nog niets over ons bekend is, moeten ze bellen met Mr. Pak Kwang Ung van het “Committee For Cultural Relations With Foreign Countries” in Pyongyang. Bij problemen mogen we hem altijd bellen. We zullen zien…..

Enigszins gerustgesteld gaan we met de taxi naar Sanlitun, een klein uitgaansbuurtje in Peking waar we een biertje drinken en eten bij “1001 Nights,” een Arabisch/Libanees restaurant met buikdanseressen in Beijing: het moet niet gekker worden! Met een taxi terug naar het hotel. Een half uur nadat we op de kamer zijn, worden we allebei gebeld of we nog een massage willen (“You want massage?”). Dit zou, naar later bleek, iedere dag gebeuren. Erg vervelend als je net in slaap bent gevallen….

Donderdag 1 april 2004 Peking

Goed geslapen. Om 9.30 uur afgesproken te vertrekken. In de straat bij het hotel kopen we een sandwich en nemen we een taxi naar de ambassadebuurt. Koffie bij Starbucks vlakbij Silk Alley.

We hebben geen idee hoe de dag verder zal verlopen wat betreft ons visum voor Noord-Korea. In ieder geval zijn we allebei voorbereid op een lange dag van regelen, bellen en wachten. Voor de rest van de dag hebben we dan ook helemaal geen plannen gemaakt. Maar….bij binnenkomst in de ambassade krijgen we meteen een lachende medewerker te zien en horen we dat de avond ervoor een telefoontje uit Pyongyang is gekomen! We moeten alleen nog een formulier invullen. Even later horen we het oorstrelende geluid van stempels en zit er een visum in onze paspoorten. Kosten €29,00 per persoon. Waarschijnlijk is er door de vele visumaanvragen voor het April Spring Festival, dat een week na ons verblijf in Noord-Korea zal plaatsvinden, iets fout gegaan waardoor onze aanvraag niet op tijd klaar lag. Dat vertelden onze gidsen ons later in Pyongyang.

Nu moeten we alleen nog naar het kantoor van Air Koryo in het Hongkong Macau Center om onze tickets op te halen. Normaalgesproken horen de tickets ook op de ambassade klaar te liggen, maar door het misverstand loopt het nu iets anders. De dame van het KITC was ook weer op de ambassade en zei blij te zijn dat alles toch nog in orde was gekomen. Wat een opluchting! Ze kwam ons zelfs nog achterna rennen om de taxichauffeur instructies te geven!